Verplichte gebouwautomatisering: hefboom voor slimmer energiebeheer

Dries Pelgrims

 

 

 

 

Elke maand brengt één van onze experten helderheid in complexe materie. Deze keer vat Dries, projectmanager comfort & energie bij The Energy Circle, samen wat de nieuwe BACS-verplichting betekent voor grote niet-residentiële gebouwen. Closing the Energy Circle, topic per topic!

 

Grote niet-residentiële gebouwen met verwarmings-, koel- of ventilatie-installaties boven 290 kW (nominaal thermisch vermogen) gaan een nieuwe fase in. Uiterlijk op 31 december 2025 moet een gebouwautomatiserings- en controlesysteem operationeel zijn. Vanaf 2026 draait het gebouw continu met een BACS (Building Automation and Control System).

Wat verandert er vanaf 2026?

De verplichting komt voort uit de Europese EPBD-richtlijn en de Vlaamse energieregelgeving. Ze geldt voor nieuwe en bestaande niet-residentiële gebouwen met zware HVAC-installaties: kantoren, ziekenhuizen, scholen, retail en logistieke sites. De drempel van 290 kW geldt afzonderlijk voor verwarming en koeling. Vlaanderen kondigt bovendien een verstrenging aan: tegen 2029 zakt de grens naar 70 kW, waardoor het toepassingsgebied sterk uitbreidt. Wie vandaag start, vermijdt een inhaalbeweging eind 2025 en is voorbereid op de volgende stap.

Wat moet een BACS precies doen?

De wetgever schrijft geen merk voor, maar wel functies. Een BACS moet energieverbruik inzichtelijk maken én actief sturen. 

  1. Monitoring en registratie. Het systeem verzamelt metingen van elektriciteit, gas en warmte volgens vastgelegde frequenties en bewaartermijnen. De data blijven minstens dertien maanden beschikbaar en laten analyses toe tot op kwartierniveau, quasi in realtime.
  2. Analyse en visualisatie. Een conform BACS zet ruwe data om in beslissingen: dashboards per gebouw, installatie of zone, waarschuwingen bij afwijkend verbruik en rapporten voor het management. Het systeem stuurt ook actief bij: setpoints verschuiven, debieten en vermogens aanpassen, verlichting en ventilatie afstemmen op bezetting en weer. Energiebeheer evolueert zo van achteraf rapporteren naar dagelijkse optimalisatie.
  3. Prestaties van installaties. Rendementsverliezen worden zichtbaar: ketels met minder rendement, chillers met pendelgedrag, pompen op constant hoog toerental of gelijktijdige vraag naar verwarming en koeling. De verantwoordelijke krijgt gerichte meldingen en concrete verbeterpunten.
  4. Interoperabiliteit. Het systeem communiceert met verschillende fabrikanten en technologieën: HVAC, verlichting, zonwering, laadpalen en soms liften of beveiliging. Geen merksilo’s, maar een open architectuur waarin data en regelstrategieën samenkomen.
  5. Binnenklimaatkwaliteit. BACS bewaakt comfort en gezondheid via temperatuur, CO₂, ventilatiedebieten en relatieve vochtigheid: de juiste lucht, op de juiste plaats en het juiste moment, met minimaal energieverbruik.

Waarom deze verplichting er komt

Grote gebouwen verbruiken veel energie en hebben complexe installaties. Zonder doorgedreven automatisering ontstaan stille verliezen: foutieve schema’s, slecht afgestelde regelingen en tijdelijke ingrepen die permanent worden. Dat leidt tot onnodige uitstoot en structureel hogere energiekosten. 

Met BACS stuurt de overheid richting datagedreven exploitatie, in lijn met andere verplichtingen zoals EPC NR, renovatie-eisen en PV-plicht. Waar EPC vooral een theoretisch beeld schetst, brengt gebouwautomatisering de reële werking onder controle. Want renovatie rendeert pas echt wanneer installaties nadien stabiel en intelligent worden aangestuurd.

Typische bezwaren – en waarom uitstel geen strategie is

“Het huidige gebouwbeheersysteem, daar blijf ik liefst af.” “Een upgrade brengt integratierisico’s mee.” Of: “We wachten tot de wetgever volledig klaar is.” Het klinkt bekend, maar in de praktijk kosten die reflexen geld. Verouderde of versnipperde GBS’en leveren weinig betrouwbare data en laten rendementsverliezen opstapelen. Integratie uitstellen vergroot het risico, en wie wacht tot eind 2025 botst op een overvolle markt en langere doorlooptijden. Daarbij komt een strategisch luik: Science Based Targets, CSRD-rapportering en interne CO₂-doelstellingen vragen robuuste meet- en sturingsdata. Zonder BACS blijft die strategie grotendeels theoretisch.

Hoe The Energy Circle het verschil maakt

The Energy Circle vertrekt vanuit het gebouw, niet vanuit technologie. Eerst volgt een analyse van installaties en gebruik: vermogens, koppelingen, bestaande regelingen, metering, exploitatieprofiel en comfortklachten. Daarna komt een heldere inschatting: valt het gebouw onder de verplichting, waar zitten de hiaten en wat functioneert al goed? Vervolgens krijgt u een duidelijke conformiteitsfoto: volstaat een gerichte upgrade of is een ruimer traject nodig? U ontvangt inzicht in risico’s, stappen en impact op de dagelijkse werking. Daarop volgt een voorstel dat wettelijke compliance verbindt met een langetermijnvisie. Hardware, software, data-architectuur, integraties en fasering komen samen in één businesscase met zichtbare besparingen. 

The Energy Circle gaat bewust verder dan het wettelijke minimum met geavanceerde monitoring, afwijkingsdetectie en rapportering, zodat de investering rendeert via lagere verbruiken en fijnere sturing. Ook na de implementatie blijft The Energy Circle betrokken: optimalisatie van regelstrategieën, koppeling met onderhoud, inzet van data voor prestatiecontracten of interne KPI’s. Zo wordt BACS meer dan een compliance-project: een structurele hefboom voor energie en comfort. Tot slot is er financiering. Via OEPC-modellen, investeringen door derden, fasering of bundeling met andere optimalisatieprojecten helpt The Energy Circle drempels verlagen. Doel: een realistische investering, voorspelbare cashflow en een duidelijke link tussen euro’s, kWh en CO₂.